donderdag 28 juli 2016

Schuifelen

Elke middag om een uur of vier zoek ik Gert op. De eerste weken zat hij om die tijd in de kussens op zijn bed een beetje te dommelen. De laatste dagen vind ik hem vaak op de gang in een leunstoel vlakbij de deur van de huiskamer. Hij zit daar wel alleen in de gang, maar hoort nog net wat er in de huiskamer gebeurt. Bij te veel geluid loopt Gert weg. Hij schuifelt dan door de gangen. Af en toe blijft hij stilstaan, pakt met twee handen een leuning vast en legt zijn hoofd tegen de muur. Als hij met zijn benen begint te wiebelen, weet je dat hij zo weer verder zal gaan schuifelen. Bij de overgang van een lichte naar een donkere vloerbedekking of van een bruine naar een grijze kleur neemt Gert een enorme stap of tikt heel voorzichtig de grond aan. Jammer dat bij de aankleding van het gebouw er niet rekening mee gehouden is dat overgangen in kleur of materiaal van de vloerbedekking voor sommige mensen met dementie heel lastig zijn.

Ik weet niet waarom Gert door de gangen schuifelt. De onrust kan zo maar opkomen. Op momenten dat er veel prikkels zijn, maar ook op momenten dat Gert net lekker buiten van de zon zit te genieten. Dan staat hij opeens snel op, kijkt om zich heen en begint te lopen. Ik heb niet het idee dat Gert zich op die momenten ongelukkig voelt. Hij schuifelt, staat stil, praat wat voor zich heen, loopt even de huiskamer in, staat weer stil, kijkt om zich heen, verdwijnt weer de gang op en blijft af en toe met zijn handen op de leuning in gedachten stilstaan. Hij is in zichzelf gekeerd, weet niet meer dat ik er ben. Maar roep ik zijn naam, dan kijkt hij verrast en blij op. Daar ben ik weer!

3 opmerkingen:

  1. simone, ik herken dat bij mij op de dagopvang ook.
    of het onrust is ik denk het niet.
    thuis krijg ik ook wel eens de opmerking ga nou eens rustig zitten. en even later ben ik weer met iets bezig.

    ik ervaar het niet als onrust, ik denk dat ons brein soms een nieuw impuls geeft de ene keer pak ik het signaal op en die opdracht voer ik dan gevoelsmatig uit of denk dat ik dat moet doen.
    me gewoon me gang laten gaan pakt het beste uit ( na overleg wat ik van plan ben natuurlijk )anders blijf ik onrustig.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nu snap ik pas (denk ik) waarom mijn vader de badkamer niet in durfde. Het kan bijna niet anders zijn dat het de donkere drempel was die hij over moest om de badkamer in te komen. Van het één op het andere moment wilde hij zich niet meer wassen. En wat een strijd is het geweest om dat toch voor elkaar te krijgen.
    Groet,
    Janet

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Bij mijn vader zijn ook bewoners die de hele dag onderweg zijn. De twee afdelingen zijn met elkaar verbonden, dus iedereen kan rondjes blijven lopen ....

    BeantwoordenVerwijderen