vrijdag 29 mei 2015

Mijn lieverds!

Vanmorgen werd het Gert even te veel. De mevrouw van de thuiszorg (zoals Gert haar noemt) had Gert geholpen bij het douchen en nat scheren. Een plekje op zijn kin kreeg Gert niet goed gladgeschoren. "Volgens die mevrouw moet dat nog weg, maar ik weet niet hoe!" Ik legde aan Gert uit dat hij ook het scheerapparaat kon gebruiken. Maar het kwam niet binnen, Gert begreep maar niet wat hij nou moest doen. Maar die mevrouw had nog zo gezegd ... Hij werd heel verdrietig. Gelukkig was daar onze Bonne. Die hoorde Gert huilen en rende op hem af, legde een poot op Gerts benen en begon Gerts gezicht te likken. Gert hield Bonne stevig vast. Wat ben ik blij met die lieverds!

donderdag 28 mei 2015

Fietsen

Vandaag heb ik het met Gert over het fietsen gehad. Gert durft niet meer op zijn eigen fiets door het verkeer. Hij overziet de verkeerssituaties niet meer. Vorig jaar fietste hij nog wel. Het werd al wel gevaarlijk. Hij stapte namelijk bij elke kruising af of reed de stoep op. Ik denk dat hij nu ook niet meer de kracht heeft om het fietsen langer dan enkele minuten vol te houden. Daarom begon ik over een tandem. Ik hoorde van iemand die met haar man jaren op een tandem gefietst had, tot plezier van beiden. Twee jaar geleden hebben Gert en ik op Terschelling een tandem geprobeerd. Gert vond dat toen vreselijk eng. Maar ja, het zadel stond erg laag en het opstappen lukte maar net. Gert gaf het toen heel snel op.
Ik probeerde Gert toch over te halen het nog een keer te proberen met een tandem die helemaal op ons afgesteld zou zijn. Gert ziet er niets in. Jammer, het zou onze wereld een stukje ruimer, leuker en actiever hebben kunnen maken, juist nu wandelen ook zo moeizaam gaat.

De plek

Wat is dat toch, die fascinatie voor een bepaald schilderij, voor een bepaald boek of een bepaalde plek? Dat laatste, de fascinatie voor een bepaalde plek, speelt op dit moment. In een hoek van onze tuin staan bij een werktafel een kruiwagen, wat tuingereedschap, plastic en stenen potten, en soms de groenbak. Deze hoek is afgeschermd van de weg door een schutting. Ben ik Gert kwijt, dan hoef ik maar naar die hoek van de tuin te kijken en ik zie hem staan, starend naar de spullen die daar staan of loerend over de schutting naar de mensen en honden die onze tuin passeren. Soms vindt hij die mensen bar interessant. Hij gaat dan zelfs op een paar stenen staan om hen nog beter te kunnen bekijken. Soms is hij boos op al die mensen die zo maar door zijn tuin heen lopen, harde stemmen hebben en (bij Gert) onrust veroorzaken. Tot nu toe doet hij nog niet de deur in de schutting open. Voor mij iets om in de gaten te houden.

zaterdag 9 mei 2015

Thuiszorg

Wassen, scheren, aankleden is elke morgen een heel karwei. Het kost heel veel tijd. Gert is snel moe en gauw geïrriteerd. Zijn sokken zitten gedraaid of binnenstebuiten, zijn te strak of te wijd, zijn oud en moeten weg. Zijn t-shirt trekt hij heel langzaam over zijn hoofd. Help ik daarmee, dan roept hij dat het pijn doet en wil direct een ander shirt met een wijdere hals. Zijn spijkerbroek is ook een groot probleem: die zit te strak of is juist te wijd, de bretels maken het heel ingewikkeld. Haren kammen doet zeer, tanden poetsen is een lastig karwei. En dan heb ik het nog niet eens over het scheren! En intussen raak ik steeds meer gestresst, omdat het busje komt om Gert naar de groep te brengen of omdat mijn plannetjes voor die dag in het honderd lopen.
Op aanraden van de casemanager heb ik gesproken met iemand van de thuiszorg. Ik vertelde uitgebreid mijn problemen met het ochtendritueel en mijn angst dat Gert niet geholpen zou willen worden door een vreemde. Maar ik gaf ook aan dat de dag beginnen met een nare stemming erg vervelend is en dat ik er steeds meer tegenop begon te zien. We spraken af dat we het een keer zouden proberen. Mijn angst was ongegrond: het ging geweldig. Zo goed dat Gert nu twee keer in de week hulp bij het douchen en scheren krijgt. Als de vrouw van de thuiszorg weg is, ontbijten we in alle rust, zonder stress. Een goed begin van de dag.

Kerstkransjes bij de kerstboom

Het is lente, nog even en de temperatuur bereikt de 20 graden en ik ga het hebben over kerst. Tja.

Gert vindt het heerlijk om met de snoeischaar takken in minuscule stukjes te knippen. Daarom heb ik de kerstboom voor hem bewaard. Dat was voor het geval dat Gert zich verveelt en wat wil doen. Van de week was zo'n moment. Ik sleepte de helemaal bruin geworden dennenboom naar de groenbak en legde uit wat de bedoeling was. Maar het duurde even voordat Gert begreep dat hij de takken van de kerstboomstam af moest knippen en die takken in kleine stukjes in de groenbak moest doen. En dat hij niet steeds weer takjes uit de groenbak moest pakken om die nog kleiner te knippen. Dat schoot niet op. Dus gooide ik af en toe wat takken in de groenbak, die Gert dan weer onder handen nam. De stam van de kerstboom hebben we inmiddels in het bos gegooid.

Ik ben niet echt van de 'lenteschoonmaak'. Maar toch kreeg ik het opeens in mijn hoofd om mijn voorraad in de keuken eens te bekijken. Hoe lang had ik die pakken bakmeel nou al? Hoeveel pakken macaroni stonden er in de kast? Bij deze actie kwam ik een pak tegen met ingrediënten om kerstkransjes te bakken. Dat leek me direct een goed idee. Het lukte. Enkele koekjes maakte ik te dun, waardoor ze snel keihard werden. Gert wilde aanvankelijk de koekjes niet eten, omdat ze volgens hem oud waren, nog van de kerst. Ik verbaasde me erover dat hij dit soort koekjes nog herkende en in verband bracht met kerst. Gelukkig proefde hij er wel een paar toen ik hem vertelde dat ik ze zelf gemaakt had. Maar toch vond hij het raar: kerstkransjes in de lente.