dinsdag 17 januari 2017

Hernia

Zuidbroek, 16 januari 2010
In de nacht van donderdag op vrijdag liep ik met Bonne in de sneeuw. Niet omdat ik niet kon slapen of als eerste in de sneeuw wou lopen. Nee, ik was echt liever in bed gebleven. Maar Bonne lag te piepen in zijn bench. Dus naar buiten. Eenmaal buiten wilde hij nauwelijks lopen. Zitten lukte niet. Eigenlijk wilde hij alleen liggen. Af en toe piepte hij hard, gilde. Terug in de schuur wilde hij niet de twee treedjes naar de bijkeuken op: te hoog!? Ik liep met hem om naar de voordeur, een flinke trap op, maar met minder hoge treden. Dat zat niet goed! De volgende dag constateerde de dierenarts een hernia!

Wat zou dit alles een enorme paniek bij Gert teweeggebracht hebben. Die sneeuw, de kou, het gegil en gepiep van Bonne, mijn 'beheerste' paniek. Gert was altijd heel bezorgd voor Bonne. Als we een paar dagen weggingen en Bonne naar het dierenpension gebracht hadden, wilde hij het liefst de eerste dag al bellen of alles goed was met Bonne. Eenmaal thuis moesten we direct Bonne ophalen. Of Bonne het begreep? Ik denk het wel, want als hij ons zag, stormde hij op Gert af. Om vervolgens om te keren en de opvang weer in te rennen ...


maandag 9 januari 2017

Kijken in de ziel

Aankondiging van het tweeluik Kijken in de ziel:

'In het tweeluik Kijken in de ziel: De achterblijvers, praat Coen Verbraak op 2 en 9 januari met mensen die hebben ervaren hoe het is om iemand te verliezen. Iedereen krijgt in zijn leven te maken met rouw. Maar wat is rouw precies? Hoe rauw kan rouw zijn? Hoe leef je verder na het verlies van een partner, een kind of een andere dierbare? Gaat rouw op een dag over, of kun je je leven lang in verdriet blijven hangen? En is de balans na zoiets droevigs uitsluitend negatief, of gloort er zelfs na het diepste donker toch weer licht aan het eind van de tunnel?'

Beide afleveringen heb ik gezien. Ze laten zien wat het verlies van ouders, een partner of kinderen betekent voor degenen die achterblijven. De manier waarop gerouwd wordt, verschilt per persoon.Wat de achterblijvers gemeen hebben, is dat ieders leven blijvend veranderd is doordat een vorm van verdriet deel is gaan uitmaken van hun binnenste, van wat ze voelen en doen, van wie of wat ze zijn. Verdriet dat nooit meer weggaat; dat onder controle gehouden moet worden, dat soms onverwacht opkomt, dat elke blijde gebeurtenis ook een verdrietig randje geeft vanwege het gemis, dat onzeker maakt of wel alles gezegd is, dat maar heel langzaam minder wordt, dat op momenten eenzaam maakt. En ik? Ik maak een mix van al die gevoelens mee. Het overkomt me, beter gezegd: het overvalt me: als ik alleen thuis ben, als het grijs, donker weer is, als er iets onverwachts gebeurt, als ik een lastige beslissing moet nemen, als er over dementie of euthanasie gesproken wordt, als ik Gerts muziek hoor, als ik alleen in bed lig, als ik uit Gerts kast iets wil pakken. Gelukkig is Bonne er nog. We lopen wat af!

Bolletjes

Wat er ook gebeurt, hoe onvoorstelbaar het me ook soms lijkt: alles gaat gewoon door. Het is inmiddels 2017. Ik heb de 'feestdagen' overleefd. De koude, nare maanden januari en februari zijn aangebroken. Ik ben bang dat het meer dan voorgaande jaren 'even doorzetten' wordt. "Weet je wat je moet doen, Simone?", zei de vrouw van een van mijn neefjes toen ik haar vertelde dat ik zo opzag tegen de eerste maanden van het nieuwe jaar. "Koop een paar bakjes met bolletjes: narcissen, blauwe druifjes, tulpjes misschien. Dan haal je de lente alvast in huis. Je zult zien dat het helpt. Je wordt er vast een beetje blij van." Ze keek er zo blij bij: ik moest haar wel geloven. Ik heb nu een bakje met knalgele narcissen staan. Ik doe echt mijn best, maar januari blijft een lastig begin van het jaar. Had ik blauwe druifjes moeten nemen?