zondag 25 januari 2015

Niet te ver

Tegen het avondeten laat ik de hond uit. Meestal ga ik alleen. Vandaag wil Gert meelopen. "Gezellig dat je meeloopt, Gert. Dan lopen we een klein rondje." We doen onze jas aan, ik maak de hond aan de riem vast en we lopen via de schuur naar buiten. Al in de schuur begint Gert met de opmerking dat we niet te ver moeten gaan. Ik zeg niets, maar raak een beetje geïrriteerd. Hadden we het er nou net vanmiddag niet over gehad dat ik het niet leuk vond dat Gert al bij het begin van een wandeling zei dat hij 'niet te ver' wilde? Zei hij toen niet dat hem dat niet leuk leek, niet prettig voor mij? Blijkbaar is er niets van dat gesprekje blijven hangen. Morgen ga ik weer alleen.

Naar de kapper

Afgelopen dinsdag ben ik met Gert naar de kapper geweest. Mijn plan was: met z'n drieën, Gert, Bonne en ik, lopen naar de kapper, tijdens het knippen van Gert Bonne uitlaten en weer naar huis brengen, daarna Gert bij de kapper ophalen. Maar zo gemakkelijk ging dat niet. Gert loopt steeds langzamer; hij is niet vooruit te branden. We kwamen dus ruim over de afgesproken tijd bij de kapper aan. Was gelukkig niet erg, zei de kapster. Toen zij vroeg of Gerts haar gewassen moest worden, zei ik dat dat goed was. Gert had geen idee wat de vraag betekende. Toen Gert eenmaal met mijn hulp bij de wasbak zat, bleek dat hij  maar niet kon begrijpen wat wij van hem wilden. Wat 'hoofd achterover' betekende, wist Gert niet meer. Dan maar weer voor de spiegel en het haar natmaken met de plantenspuit. Gert schrok vreselijk en vond dat helemaal niks. Gelukkig kwam de goede stemming terug na een bakje koffie. Ik liet Bonne uit, bracht die naar huis en keerde bij de kapper terug. Gert zat  met korte haren op mij te wachten en was heel blij mij weer te zien. Op ons gemak zijn we naar huis gelopen. Eind goed, al goed.

zaterdag 17 januari 2015

Glad

Elke dag een half uurtje wandelen. Dat doen we. Vanmorgen begon de wandeling goed. We hadden Bonne meegenomen. Gert was nog vol van zijn dag gisteren bij de groep jongdementerenden. Er was een meneer geweest die flink afgegeven had op de regering. Gert vond het veel gebral, maar ja "die man kon er ook niets aan doen." Ik heb Gert maar niet verteld dat die man niet tot zijn groep behoorde ... Halverwege de wandeling bleek het pad erg glad te zijn. Er lagen bevroren plasjes water op de weg. "Pas op, Gert, het is glad. Ga maar een beetje aan de kant lopen." Gert begreep me niet. Maar na de tiende keer reageerde hij: "Ik hoor je wel!" Gezicht op onweer, hoofd naar beneden, tempo in de nulstand. Wat ik ook probeerde, de lol was eraf. In mineurstemming liepen we naar huis.

Snert

In het erwtensoeppakket zat alles wat ervoor nodig is: winterwortel, prei, knolselderij, ui en aardappel. Zelfs een recept erbij! Zelf had ik nog spliterwten en voor Gert een rookworstje. Dat moest lukken. "We eten lekker erwtensoep, Gert." Gerts gezicht ging op onweer. "Je weet toch dat ik dat niet lust", bromde hij. Dat wist ik niet. Maar het komt de laatste tijd steeds vaker voor dat Gert zegt bepaalde gerechten nooit, echt nooit te hebben gelust en dat ik dat toch zou moeten weten. Nou ja, van erwtensoep wist ik dat echt niet. Aan tafel schep ik een heel klein beetje soep in Gerts soepkom. Gert neemt een hapje: "Hè, lekker, snert!"

zondag 11 januari 2015

Na de feestdagen

Sinterklaas, kerstdagen, Oud en Nieuw, verjaardagen van ons beiden: we hebben het weer achter de rug!

Dit jaar geen surprises en gedichten met Sinterklaas. Het ging aan Gert voorbij.

Dat was ook zo met de kerstdagen. De kerstboom en andere versiering brachten vooral verwarring over hoe ons huis in elkaar zit: wie woont er onder ons, wie boven ons? Dat wij een eengezinswoning hebben en dat er niemand onder of boven ons woont, kan Gert maar niet begrijpen. Het zijn vragen die passen bij de periode dat hij met zijn moeder op een flat woonde (tot het moment dat hij op kamers ging wonen, omdat hij ging studeren). Gert heeft het ook vaak over zijn neefje met wie hij toen vaak speelde.

De dagen voor oudejaarsdag was Gert erg bang voor het vuurwerk. Hij durfde eind van de middag niet meer mee om Bonne uit te laten. Ik ga nu alleen. Ik probeer wel zo snel mogelijk weer thuis te zijn, omdat Gert in het donker niet graag alleen is. Kom ik naar ons huis toegelopen, dan zie ik hem vaak voor het raam staan. Ook al zwaai ik, hij ziet me niet.

Op onze verjaardagen hadden we verspreid over de dagen aanloop van vooral familie. Andere jaren ging mijn verjaardag vaak ongemerkt voorbij. Maar dit jaar moest het anders, vond ik. Gert wist wel dat ik jarig was, maar kan niets meer ondernemen. Daarom kocht ik mijn eigen cadeautje, bakte een paar taarten en vierde mijn verjaardag. Op Gerts verjaardag deden we het rustig aan: niet te veel bezoek tegelijk, Bonne regelmatig in de bench om onrust te vermijden en natuurlijk ook veel lekkers de hele dag.

Nu maar hopen dat januari gauw voorbij is. Niet onze favoriete maand ...